Goedemorgen! Bij ons ontbijt werden we verrast door de aanwezigheid van deze mooie vogel: de goudvink! Het mannetje deze keer. Gisteren zagen we het vrouwtje van de goudvink in de seringenboom, naast onze keuken. Vandaag kwam het mannetje poolshoogte nemen. Ze eten niets uit het vogelvoederhokje trouwens. De goudvink eet nagenoeg alleen bessen, zoals die van meidoorn, liguster, kamperfoelie, braam en bitterzoet, vooral om de zaden. Ze eten ook zaden van kruidensoorten, zoals brandnetel, wilgenroosje, boterbloem, paardenbloem, kruiskruid en melkdistel. Verder lusten ze graag essenzaden. Als er ‘s winters weinig essenzaad is, eten ze ook de knoppen van de bomen. Ook die van fruitbomen en dat maakt goudvinken niet populair bij telers. Deze goudvink bleef ons slechts enkele minuten verblijden met zijn komst en vloog al snel weer ergens naar een veilige plek, buiten ons gezichtsveld.
Het enige wat gisteren van de grote berk overbleef was de grote wortel in de grond. Heiko had de boom zo laag mogelijk bij de grond afgezaagd. Zie eens hoe de boom gegroeid was. Wát een vreemd model van de stam. We hebben gezocht of we er een dier in kunnen herkennen, maar we zijn het er niet helemaal over eens. Met een beetje (veel) fantasie zie ik in de onderste foto toch duidelijk de kop van een kameel! De donkere plek in het midden is zijn oog, daaronder draag hij een band-teugel en links zijn kenmerkende bek met dikke lippen. Met méér fantasie en als de foto op de kop lag én er werden een paar takken bovenop geplaatst… Tja, dan ziet Heiko er ineens een eland met een gewei in…
De stam verdween op de kloofmachine en werd door Heiko in mootjes gehakt. Of eigenlijk in mootjes gedrukt. Wát een kanjer die kloofmachine. Met het grootste gemak drukte hij de stam tegen de bijl aan. Het werkt overigens het prettigst, als de stam nog vochtig is. Dan splijt het hout veel gemakkelijker dan wanneer de sappen er al uit zijn. Met name berkenhout wordt dan héél erg taai en is bijna niet meer te kloven. Een ochtendje kloven en de hele boom was weg. Weer anderhalve kuub mooi brandhout erbij in de houtstek. Op de foto hieronder zie je inmiddels een behoorlijke stapel afval, in de vorm van schors. Het hout droogt sneller als de schors er af is. Doen we niet bij alle stammen hoor. Als de schors gedroogd is gaat ook dat gewoon in de kachel.
Na de middag ging Heiko verder met het versnipperen van de takken. Met behulp van de gerepareerde takkenversnipperaar, met de losse voetschakelaar, ging dat mooi. Er kunnen met gemak takken in tot ongeveer 3 centimeter doorsnee. Net zoals de kleine versnipperaar die we hebben. Het grote voordeel van deze grote versnipperaar is echter, dat er een grote buis bovenop zit, waar je gewoon van alles in kunt drukken. De invoeropening van de kleine is veel minder groot en daardoor zijn kromme takken iets lastiger in te voeren. Een tweede voordeel is, dat het apparaat heel eenvoudig te openen is. Bij een storing bijvoorbeeld. Soms zit er een stukje tak bekneld bij de messen en kunnen de messen niet meer ronddraaien. Met deze grote versnipperaar is het een kwestie van hendel opzij, de grote toeter opzij leggen en het dwarsliggende takje verwijderen. Heel gemakkelijk en heel snel. Door deze twee voordelen ten opzichte van de kleine versnipperaar, kon Heiko in een middag alle takken van berkenboom twee versnipperen.
Tussen de takken kwam hij nog een aantal “heksenbezems” tegen. Een heksenbezem is een vorm van woekering bij planten, waarbij uit een enkele groei-top zich een grote hoeveelheid groeitoppen ontwikkelt. Nooit geweten, dat de berkenheksenbezem wordt veroorzaakt door een schimmel! De schimmel overleeft namelijk in de bast. Bij aantasting door de schimmel gaan de slapende knoppen uitlopen, waardoor een bossige groei ontstaat. De knoppen van de heksenbezem lopen in het voorjaar overigens het eerste uit. De bleekgele bladeren van uitlopers zijn trouwens bedekt met sporen. Gelukkig is het niet schadelijk voor de boom.
Zoals gezegd, was aan het einde van de middag de hele stapel taken van deze berkenboom aan de kant. Het gras was weer netjes aangeharkt, zodat ook de kleinste takjes en de laatste blaadjes weg waren. Bijna alsof er niets was gebeurd. Ondertussen is het paadje achter ons beekje al een flink stuk belegd met een laagje snippers. Mooi man! Nog drie of vier berkenbomen te gaan en daarmee zal het paadje zeker weten helemaal bedekt zijn met snippers. Tevens zal het houthok helemaal vol zitten en zal Heiko aan de slag moeten met een extra bergplaats voor het gekloofde hout, want de Fin heeft ook alweer een tweetal bomen die omgezaagd kunnen worden.
Tussen de bedrijven door was Heiko ook nog even aan de overkant van de weg aan het snoeien gegaan. De eigenaar van dat stuk grond/ bos pleegt vooralsnog geen enkel onderhoud en de wilde scheuten schieten de grond uit. Veel jonge boompjes héél dicht bij elkaar groeien als kool. Helaas belemmerd dat ons uitzicht op de berg tegenover ons huis. Daar lopen heel vaak reeën en soms een vos of een eland. De hoogste tijd om de eigenaar een handje te helpen, door het teveel aan jonge boompjes te rooien. Met een eenvoudige snoeisnaar ging dat gelukkig vrij eenvoudig. Minstens vijftig jonge boompjes knipte Heiko bij de grond af en zorgde ervoor, dat er voor de overblijvende boompjes een betere spreiding kwam. Graag gedaan, buurman!
Terwijl in Amerika de stemmen geteld worden van de kiezers, die uiteindelijk bepalen wie de nieuwe president van Amerika gaat worden, vermaakte ik mij vanmiddag opnieuw met het verven van de trapopgang. Die van beneden naar de eerste verdieping. Gisteren was die voor de eerste keer geverfd en het verschil was toen al groot. Misschien blijkt dat niet helemaal uit de foto´s, maar in werkelijkheid is het allemaal veel witter en veel helderder geworden. Ik was echter nog niet tevreden over de dekking van de verf. De aanzetten waren zichtbaar en over het geheel bekeken leek het mij beter wanneer het nog een keer geverfd zou worden.
Een klus waar ik eerlijk gezegd wel erg tegenaan zag, omdat het veel meer tijd én energie kost dan ik had gedacht. Maar ja, waar je aan begint, moet je ook afmaken, toch? Zodoende pakte ik na de middag toch maar weer de emmer met witte verf en de kwast. Met vaste hand en grote nauwkeurigheid verfde ik alle schrootjes nog een keer en nam ik deze keer ook meteen de stootborden en de bomen van de trap mee. Die konden ook wel een beetje verf gebruiken. Tegen vijf uur was het klaar. Poeh! Uiteraard bepaalde ik, net als gisteren, zelf mijn tempo en nam ik de nodige pauzes. De beloning van de uitdaging was een mooi resultaat: het dekte nu volledig en alles is nu wit en niets meer roomwit. Heiko vindt het wel heel mooi geworden en is ontzettend blij met de witte keur. Wij kunnen er in ieder geval weer een paar jaar naar kijken.