Wat doe je met regenachtig weer? Je zoekt iets op wat je binnen kunt doen. Dit keer werd het inplakken van kaartjes. Al jaar en dag bewaren we kaarten, die we om diverse redenen krijgen. Vanwege bijvoorbeeld een verjaardag, ziekte, huwelijksdag, bijzondere gelegenheid of Kerst. Nou had het hier vanzelfsprekend al vaker geregend, maar die kaartjes stapelden zich langzamerhand toch op. Een hele poos niets aan gedaan. Vanochtend vroeg had ik de kaarten én de plakboeken al mee van boven genomen en heel demonstratief op de keukentafel gelegd. Nu kon ik er niet meer omheen. Ach, het was slechts een half uurtje en toen zaten alle kaarten (nagenoeg) op volgorde van datum weer in de mappen. Zowel in die van Heiko, als in die van mij. De volgende regenachtige dag moeten we er maar eens een mapje bij pakken om de kaarten weer eens te bekijken. Of later als we oud(er) zijn…
Ja, er ligt er weer eentje in het gras: een grote, volwassen hazelworm! Het dier, dat vaak verward wordt met een slang. Ook geen wonder eigenlijk, want de hazelworm is een bruine hagedis, die wel heel erg lijkt op een slang. De soort is echter niet giftig. Ze eet vooral slakken en regenwormen. Het is een pootloze hagedis, waarbij volwassen exemplaren meestal rond de dertig centimeter worden. De kleur van de rug varieert nogal: grijs, grijsbruin tot glanzend hazelbruin. De buik is vaak donkergrijs tot zwart en ze hebben een kleine kop, die ongemerkt overgaat in de romp. De vrouwtjes hebben midden over de rug meestal een donkere lengtestreep.
Veel van deze kenmerken waren al wel eens op de site geplaatst. Maar er is ook iets, wat ik nog niet wist. Misschien jij wel hoor. Het blijkt, dat als een hazelworm wordt vastgepakt, het dier de staart kan afwerpen. De afgeworpen staart blijft een tijdje kronkelen en trekt de aandacht van “de vijand”, waardoor de hazelworm (zonder staart) kan ontsnappen. De staart breekt steeds af bij een speciale, zwakkere wervel. De staart groeit later weer aan, maar wordt nooit weer zo lang als de oorspronkelijke staart. De wetenschappelijke naam Anguis fragilis betekent vrij vertaald “de breekbare slang” en verwijst hoogstwaarschijnlijk naar het vermogen om de staart af te werpen.
Als wij barbecuen, doen we dat meestal op de veranda. Uit de wind en lekker in de warmte, die onder het dak van plastic golfplaten boven de veranda blijft hangen. Daar staat een ronde tafel met vier stoelen. Maar… wij hebben dan vaak te weinig ruimte op die tafel. Zelfs als we met z´n tweeën barbecuen. Op de tafel staat het dan hutjemutje boven op elkaar. Zodoende ontstond het idee, om een klein kastje aan te schaffen, die naast de barbecue kan staan. Daar zou dan het te braden vlees bijvoorbeeld opgezet kunnen worden. Net als drinken, de gebakken aardappeltjes, de salades en sauzen. Achter een van de deurtjes kan dan de zak met kooltjes staan met aanmaakblokjes en in een laatje de, te gebruiken, hulpmiddelen voor de barbecue. Bijvoorbeeld een grote vork en tang en twee speciale roostertangen voor hamburgers en worstjes.
Vandaag gingen we op zoek naar een dergelijk kastje. Als eerste bezochten we een loppis in Rydsnäs. Ongeveer een half uurtje hiervandaan. Via Facebook hadden we gezien, dat die vandaag geopend was. Ter plekke konden we even rondneuzen, maar helaas waren er slechts kastjes met laadjes en wij zochten iets met twee deurtjes. “En nu?” Doorrijden naar Ingatorp, naar de hele grote loppis én die kleinere ernaast. Bij de kleinere loppis waren nagenoeg geen meubels en daarmee was onze laatste hoop gevestigd op de grote winkel. Ja hoor! Wat had die leuke spullen! Bijvoorbeeld een hele oude televisiekast. Geweldig! Alleen geen ruimte voor. Anders… Daar vonden we inderdaad een leuk handig, blank eiken kastje. Voor ons doel uitermate geschikt. Even heel kort onderhandeld en vervolgens het kastje achter in de Volvo geschoven. Geslaagd! Thuis gaan we dat kastje afschuren en ontvetten, om deze vervolgens om te toveren tot een wit kastje.
[slideshow_deploy id=’40317’]
De route vanaf Rydsnäs naar Ingatorp was trouwens een hele mooie. We namen de binnendoor-weg, echter dat bleek wel een iets langere te zijn. De afslag in Rydsnäs begon als een asfaltweg, maar op enig moment ging die over in een grusväg. Dat ging vele kilometers zo door. Ik denk, dat we ongeveer een uur reden zonder iemand tegen te komen, behalve prachtige natuur en de dieren die daarin leven. Op een gegeven moment werd de weg weer een geasfalteerde en konden we op een driesprong rechtsaf naar Bruzaholm en linksaf naar Ingatorp. Rechtsaf betekende sneller op weg met nummer 40, waar je 90 km per uur kunt rijden en vlot in Ingatorp bent. Wij gingen linksaf via de asfaltweg. Die even verderop weer een grusväg werd…
En ergens tussen die kruising en Ingatorp is iets misgegaan. Te druk in gesprek misschien? Want volgens het bordje lag Ingatorp slechts zestien kilometer van die driesprong verwijderd. Echter, na een half uur kregen wij een kruising waar Ingatorp nog steeds op zo´n zestien kilometers lag. Wat een mazzel, dat we in een dorpje bij een supermarkt brood, boter en beleg hadden gekocht! We gaan wel vaker rond etenstijd weg, omdat we denken op tijd terug te zijn. Toen de magen begonnen te protesteren namen we elk een broodje en een welverdiende pauze, om even de benen te strekken. Daarna vervolgden we de reis. Google Maps geopend en die liet ons zien waar we ons op dat moment bevonden. Oké, toen maar met hulp van Google Maps naar onze eindbestemming gereden. Met een behoorlijke omweg, extra kilometers én tijd zijn we dus in Ingatorp terechtgekomen.
Op onze terugreis met het kastje in de kofferbak, gingen we nog eventjes kort bij een andere supermarkt naar binnen. Ook hier waren weinig mensen in de winkel! We hadden nog een paar kleine boodschapjes op het briefje staan en die waren we nodig. Waaronder aardappelen. Ohhh… Er lagen nieuwe aardappelen! Nou, dan moet je van goeden huize komen, als je ons wilt tegenhouden om die mee te nemen! Toen we thuis kwamen nam Heiko meteen de schrapmachine uit de kelderkast mee naar boven en werd een portie voor ons tweeën in de schrapmachine gedaan. Wat wij er zo lekker bij vinden is een vers kropje sla. Deze werd gesneden, alsook een paar tomaatjes, paprikaatjes, uitjes en augurkjes. Slasaus en kruiden erdoor en door elkaar gehusseld. Een varken schnitzel werd gebakken en toen was het genieten. Hmmm… het bekende engeltje…