Statistieken
  • 0
  • 1
  • 32
  • 410.972
  • 1.135
  • 61
  • 1.218

  
Terwijl we gisteren aan de wandel waren, in het bos tegenover ons huis, zagen we onder andere een stuk bos dat gekapt was. Een behoorlijk stuk. Even verderop, eigenlijk naast het gekapte bos, lagen nog meer bomen. Daarvan waren de stammen afgeknapt óf waren ze met de wortels en al omgewaaid. De stormen van de laatste tijd hadden dus toch wel voor schade gezorgd. Was het dan daarom dat men dat andere gedeelte had gekapt? Of was het juist andersom? Dat deze bomen waren omgewaaid, juist doordat er gekapt was? Ze vangen dan immers meer wind. Een vraag waar we (nog) geen antwoord op hebben.

Wat we ook nog in de gaten kregen, waren een paar enorme mierenhopen. Echt geen kleintjes en dan heb ik het zeker over een hoogte van ongeveer 75 tot 85 centimeter. De eerste mierenhopen lagen er maar te liggen en zagen er verlaten uit: totaal geen leven in te ontdekken. De daaropvolgende was een heel ander gezicht. Daar krioelden alweer duizenden mieren overheen. Die waren uit hun winterslaap ontwaakt. Mieren zijn namelijk koudbloedige wezens. Dat betekent, dat hun lichaamstemperatuur hetzelfde is als de temperatuur in hun omgeving. Wordt het te koud, dan daalt de lichaamstemperatuur van de mier en is het beestje daardoor (vrijwel) niet meer in staat om nog actief bezig te zijn. De mieren lopen dan constant gevaar. Ze kunnen niet meer snel genoeg reageren op hun omgeving.

Maar daarop hebben ze een oplossing gevonden! In de warmere maanden gaan de mieren druk aan de slag met het verzamelen van voedsel voor in het nest. Een deel eten ze zelf op (als een soort buffer) en de rest gebruiken ze om hun voorraadje aan te vullen. Wanneer het dan uiteindelijk winter wordt, trekken de mieren zich terug in hun nest. Soms wordt dit nest wat dieper uitgegraven, omdat de aarde daaronder wat warmer is. De ingang wordt vervolgens geblokkeerd, zodat er geen vijanden het nest kunnen binnendringen. De voorraad aan voedsel is groot genoeg om de winter door te komen. Zo kunnen ze prima een paar maanden overleven en gaan ze dus een soort van “winterslaap” in. Nu het warmer wordt krijgen de mieren weer meer energie. En dat lieten ze heel duidelijk zien!
 
Duidelijk te zien was eveneens het echte zandhaarmos. Dat lijkt op dode mos, vanwege de bruine kleur. Als je het echter van dichtbij bekijkt leeft het wel degelijk! Het echte zandhaarmos vormt losse, stugge zoden. Ze hebben groene tot roodbruine rechtopstaande, stevige stengels. Die kunnen tot 5 centimeter hoog worden. De stengelblaadjes kunnen meer dan 1 centimeter lang zijn. De bladrand is smal, gaafrandig en naar binnen omgeslagen. Echt zandhaarmos is een tweehuizige plant, wat betekent, dat de mannelijke en vrouwelijke geslachtsorganen niet op dezelfde plant voorkomen. Er bestaan dus, zowel mannelijke, als vrouwelijke planten van deze soort.

Het echt zandhaarmos vormt uitgestrekte, vlakke zoden. Op de grote kei goed te zien. Meestal zijn ze te vinden op open plaatsen, op droge tot licht vochtige, kalk- en kleiarme bodems. Zoals hier op deze grote steen. Het liefst zouden ze nestelen in droge heide, duinen en zandverstuivingen, maar ook wel op schrale bermen, zandige bospaden, brandplaatsen en onbeschutte zandsteen- en silicaatrotsen. Toen ik de foto op de laptop zag, meende ik iets bijzonders te hebben ontdekt. Al snel merkte ik, dat het echt zandhaarmos algemeen voorkomend en wereldwijd verspreid is. Toch een heel bijzonder plantje!
 
Over tot de orde van de dag! Gisteren berichtte ik al over de hoes van de topper. Deel een die gedroogd was in de droger was behoorlijk gekrompen! Net op tijd konden we de droger met het tweede deel van de topperhoes stopzetten en dat deel in de tvättstuga leggen. Die ging vanochtend meteen naar buiten, om maar gewoon aan de waslijn te laten drogen. Dat ging vrij vlot moet ik zeggen, want er scheen een lekker zonnetje dat best wel kracht had en het waaide behoorlijk. Twee factoren, die in positieve zin eraan bijdroegen, dat de hoes snel droogde. Ondanks de dikte van de stof. En toen kwam het uur van de waarheid: “Lukt het om het koudschuim, weer in de hoes te krijgen?” Koudschuim is overigens een materiaal, dat gemaakt wordt van polyurethaan. Omdat het schuim niet koud is, is een betere naam High Resilience (HR) schuim. Gewoon schuim met een hoge veerkracht.
    
Zoals je kunt zien was deel een van de hoes flink kleiner geworden. Althans dat gevoel had ik. Rondom miste er ongeveer 10 centimeter stof. Deel twee was gelukkig goed gegaan. Deze mocht dan voor het gevoel níet gekrompen zijn: hij was nog altijd kleiner dan de inhoud was. Uiteindelijk lukte het me met veel pijn en moeite, om het koudschuim daarin te leggen. In te leggen? Ja, want deel twee had namelijk een opstaande rand, ter hoogte van de dikte van het koudschuim. Het dichtritsen van deel een op deel twee werd een hele zware klus. Met veel geduld en vaak heen en weer lopen, trekken en drukken, passen en meten, lukte het me tenslotte, om de rits dicht te krijgen.

 
Daarna was het een kwestie van de topper op de nieuwe matrassen leggen. Meteen deed ik er schoon beddengoed op. Klaar! We kunnen weer lekker slapen, op de nieuwe matrassen met de topper! Die topper geeft trouwens extra hoogte, waardoor Heiko zijn voeten weer over de rand van het bed kan laten steken. Vanwege zijn polyneuropathie, kan hij zijn voeten niet meer gestrekt neerleggen als hij op zijn buik ligt. Dan moeten de voeten over de achterkant van het bed steken, zodat ze naar beneden kunnen hangen. Daarvoor moet het matras voldoende hoog zijn, omdat hij anders met de voeten op de houten achterwand van het bed rust en dat is erg pijnlijk. Gelukkig is alles weer goed gekomen. We hebben heerlijk op de nieuwe matrassen geslapen. Zonder de rug- en heuppijnen van de laatste tijd. Daarnaast zijn de logeerbedden en de logeerkamer weer leeg!

Heiko was vandaag gras aan het uitrollen. Meteen om negen uur, na de eerste pauze, konden hij en Håken naar een adres aan de Orchestragatan. Daar is een nieuwe woning gebouwd en er kon nu gras gelegd worden in de tuin rondom het huis. De vrachtauto met zeven pallets, met ieder 48 rollen gras, stond daar al op ze te wachten. Meteen na het lossen begonnen ze te leggen. Dat wil zeggen, nadat ze eerst een heleboel rollen vanaf de pallet, met behulp van een kruiwagen, achter het huis hadden gelegd. En uiteraard moest de ondergrond nog even uitgevlakt worden. Toen die er goed strak bij lag was het mooi werken. De ene na de andere rol gras werd uitgerold en aangetrapt. Het mooie van het kant en klare gras is, dat je meteen resultaat ziet. Kijk eens wat een verschil!
  
Na drie uur hadden ze twee pallets leeg gewerkt. Oftewel 96 rollen gelegd. Oftewel 96 m2 meter uitgerold. Na de lunch konden ze met hun drieën, collega Henrik ging ook mee, daar verder werken. Van de opdrachtgever hadden ze een tekening van de tuin gekregen en zodoende wisten ze precies waar allemaal gras uitgerold moest worden. Toen het achter het huis klaar was, dat waren de grootste vlakken, kwam een stuk naast het huis en twee vakken voor het huis. Zie het verschil: is het niet prachtig? Het huis is mooi, maar als de tuin is aangelegd komt het pas écht goed uit de verf. Over een tijdje wordt er nog een lange haag gepoot en komen er allerlei planten in de borders.

Om precies vier uur waren ze klaar met deze tuin, voor wat het gras betrof. Op dat moment bleek trouwens ook, dat er te veel gras was besteld. Dat blijft altijd een beetje lastig in te schatten. Hoeveel moet je namelijk in de hoekjes en rondingen wegsnijden? Past als laatste een hele strook aan een lange kant of moet je een hele rol van 40 cm breed versnijden? En tenslotte is het zo, dat je geen halve pallet vol kunt bestellen. Dan bestel je liever een extra pallet met 48 rollen, dan dat je bijvoorbeeld 10 rollen te weinig hebt. En ach, die extra rollen worden vast binnenkort wel weer verkocht aan een andere klant. Dit klusje gaf een goed gevoel en een nog beter resultaat. Deze klant kan meteen genieten van zijn gazon én binnenkort grasmaaien!
  
Onderweg vanaf Tranås naar huis, kreeg Heiko nog telefoon van zijn baas, Örtengren. Hij vroeg of Heiko de sleutel van de VW Golf misschien nog in zijn broekzak had. “Oh shit… Ja!” Op dat moment reed hij al ongeveer halverwege Tranås en Ödarp. Örtengren zei, dat de VW Golf verplaatst moest worden en dat hij daarvoor de sleutel nodig had. Ja, logisch! Zonder sleutel gaat dat niet. Hij zou het echter eerst nog proberen met een noodsleutel, een plastic versie. De originele reservesleutel was ooit al een keer zoekgeraakt namelijk. Mocht het met die noodsleutel niet lukken, zou hij Heiko terug bellen. Oké. Op dat moment hoopte Heiko vanzelfsprekend dat het zou lukken. Hij reed daarom door richting Ödarp, met een volle aanhanger met hout achter de auto. Nét voordat hij thuis was belde Örtengren opnieuw: het was niet gelukt. Toen zat er niets anders op dan terug rijden naar Tranås om de Golf te verplaatsen én de sleutel achter te laten.
  
Wát een stomme fout. Heiko baalde dan ook als een stekkerdoos! Om de aanhanger in ieder geval thuis te hebben staan, reed Heiko nog wel eerst de oprit op. Hij vertelde me wat er aan de hand was en vroeg of ik zin had om mee te rijden. Hij had er werkelijk totaal geen zin in en dan verzacht “goed gezelschap” de noodzakelijke rit. Na een snelle kop koffie op de veranda reden we zodoende met een gezonde portie tegenzin weer terug naar Tranås. Elk nadeel heeft echter ook weer z´n voordeel. We konden onderweg genieten van het mooie weer en de mooie omgeving. Uiteraard babbelden we wat en daarmee was het zelfs een gezellig ritje geworden. Bijna thuis zagen we nog een vijftal reetjes lopen. Die hadden we niet gezien, als Heiko de sleutel niet had hoeven terugbrengen…
 
Meteen toen we thuiskwamen ging Heiko zich even douchen en begon ik met het eten. Kliekjes van de afgelopen dagen warm maken. Het was namelijk al bijna zeven uur en dat konden we beide aan onze magen vernemen. Die wilden wel gevuld worden. Nadat we dat hadden gedaan zocht ik nog even de kikkerdril op. Na de koude dagen met sneeuw en lagere temperaturen wilde ik weten of het er nog lag. En hoe. Gelukkig was er zo op het eerste gezicht niets veranderd. De jonkies van de kikkers kunnen blijven groeien. Het was zo ongeveer half negen, dat we ons eindelijk maar toch op de bank lieten vallen. De werkzame dag zat er wel op. Alleen zat ik niet lang, want er verscheen een roze gloed in de kamer. Dat betekent over het algemeen, dat de zon met veel kleur in het westen ondergaat en dat deed hij. Een fleurig afscheid van deze dag.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *


CAPTCHA Image
Reload Image

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.