Regelmatig maken we ‘s avonds nog even een ommetje (nu meestal met de auto), om te proberen “wild” te spotten. Ondertussen uiteraard ook genietend van de prachtige natuur hier in onze omgeving. Op 5 minuten rijden, richting het noorden, na de afslag Hestra, ligt een groot meer, waar we al eens omheen zijn gewandeld. Toen nog met onze trouwe viervoeter Pantro. Halverwege die wandeling werden we overvallen door een enorme regenbui met heel veel wind. Onze zomerkleding bood weinig tot geen bescherming en zodoende stapten we aan het einde van de route als twee verzopen katjes én een verzopen hondje weer in de auto. Gisteravond reden we een alternatieve route richting dat meer. Als je vanaf een andere kant de route loopt of rijdt zie je ook weer andere dingen. Ook de stand van de zon is bepalend voor hetgeen je ziet en hóe je het ziet.
We hadden geluk en konden weer genieten van de grote rotsen, de mooie bomen en struiken, het water en de weerspiegelingen in het rimpelloze water. Het leverde een grote hoeveelheid fotomomentjes op. Wat is de natuur toch mooi, als je het maar wilt (en kunt) zien. Na dit meer reden we verder in de hoop nog enkele dieren te kunnen spotten. En ja hoor, aan het einde van de asfaltweg weer richting huis lagen twee reeën in het gras, op ongeveer 10 meter afstand. En het ongelooflijke gebeurde… niets! Ze bleven gewoon liggen. Ze keken wel onze kant op, maar hadden de moed om rustig te blijven liggen. Onvoorstelbaar. Reeën zijn namelijk heel erg schichtig en lopen meteen weg, de bescherming van de bossen opzoekend. Deze twee bleven echter liggen en boden ons de mogelijkheid, om een mooie fotoshoot van ze te maken.
Toen vervolgden we onze weg richting Tranås, verder naar het noorden. Vanzelfsprekend spraken we onderweg over de reetjes. Wat hadden we een geluk, dat ze bleven liggen. Wisten ze, dat we ze geen kwaad zouden willen doen? Ook ging het gesprek verder over de schitterende natuur rond het meer, want die hadden we nog niet zó gezien. Onderweg naar Sunhultsbrunn, althans naar de afslag toe, remde Heiko plotseling langzaam af, want hij zag dat we werden bekeken: door een mooie ree, een bokje. Alsof ze het met elkaar hadden afgesproken: ook deze bleef naar ons staan kijken, alsof hij wilde zeggen: “Bekijk me maar eens goed. Je mag me op de foto zetten, hoor!” Wat een prachtig dier!
Wat daarna gebeurde? We namen de afslag Sunhultsbrunn. In eerste instantie voor de ondergaande zon. Omdat de weg daar iets omhoog gaat, meenden we daar die zon beter te kunnen zien. En dat was zeer zeker het geval. Nadat we genoten van de beelden, namen we een paar foto´s en kregen we ook nog eens drie reetjes te zien. Deze drie, twee dames en een heer, stonden rechts van ons, op het land. Vervolgens hadden we het unieke moment, om een eland op de foto te zetten, terwijl die de weg overstak en in de ondergaande zon op de gevoelige plaat werd vastgelegd. En hoewel dat toch wel het moment van onze trip was, gebeurde er meer.
Want we volgden de twee elanden. Ze waren de weg samen overgestoken, maar waar gingen ze naar toe? Konden we nog een glimp van ze opvangen? Nou, zeker weten. Alleen kregen we ze niet goed in beeld voor een scherpe foto, omdat er vele jonge dennenboompjes voor stonden. Daarom even doorgelopen, ik was inmiddels toch maar even uitgestapt. Op een bepaald moment kregen we elkaar weer in beeld! Maar de twee elanden wachtten niet op mij en draaiden zich meteen om. Ze renden over het land, waarna ze in het bos verdwenen. Toch hebben we ze nog op de foto gezet, al was het alleen al om ze ook eens van de achterkant beter te kunnen bekijken. We maken uiteindelijk nagenoeg alleen foto´s van hun voor- en zijkant.
Wat kan een mens in een uurtje veel beleven! En het hield nog niet op! Vanaf de plaats waar we de elanden hadden gezien, gingen we de weg op met nummer 32. Die volgden wij tot Blå Grindar, om daar de afslag naar Bordsjö te nemen, richting huis. De ons inmiddels zeer bekende weg. En terwijl we vol enthousiasme spraken over dé foto en dé elanden en dé reetjes, zagen we daar halverwege de route nog eens een eland staan. Aan de linkerkant van de weg. Het was waarschijnlijk dezelfde eland, die we een drietal weken geleden eveneens op die plek hadden gezien. Deze heeft namelijk zijn twee lange achterpoten nagenoeg helemaal wit en dat is bijzonder. Zodra we een eland zien zetten we de auto direct aan de kant én doen we de motor uit. Ze zien namelijk niet zo veel, maar horen des te beter. Door geen geluid te maken willen we proberen om ze niet ongerust te maken. Tegelijkertijd biedt ons dat de kans om een mooie foto te maken. Zo ook in dit geval. Ze bleef heel rustig staan en onze ogen en de camera maakten overuren! Onvoorstelbaar, wat een belevenis: genoten van de omgeving, een prachtige zonsondergang mogen meemaken, zes reetjes gezien, meerdere kraanvogels en ook nog eens drie elanden. Heel indrukwekkend!