Met gepaste trots kunnen we melden, dat het derde boek van Heiko op de 20ste april wordt uitgebracht! Vandaag kreeg hij hier namelijk bericht over van zijn uitgever, Uitgeverij Grenzenloos. Het boek heeft de titel “Van Emigratie tot Integratie” gekregen, omdat het inderdaad gaat over de tijd, dat wij nu in Zweden wonen. Hoe wij zijn ingeburgerd (of niet) en hoe wij ons hebben aangepast (of niet), over onze gevoelens na de emigratie en veel meer.
Mocht je nieuwsgierig zijn en het boek alvast willen voorbestellen, dan kan dat. Klik dan op de button Heiko´s 3e boek
en in een nieuw tabblad wordt de website van Uitgeverij Grenzenloos geopend. Precies op de pagina van Heiko zijn boek. Het is niet te bestellen als E-book. We verwachten echter, dat die er ook nog wel zal komen. Gefeliciteerd, Heiko!
Voor het eerst in járen heb ik weer eens een brood gebakken. En niet zoals toen. In die tijd, voor de emigratie, had ik een broodbakmachine en dat was eigenlijk zó eenvoudig, dat het nagenoeg niet fout kon gaan. In tegenstelling tot nu! Heiko had onlangs een pak meel meegenomen, maar had niet gezien dat er rogge in zat. Dat was niet erg, want rogge is lekker en gezond. Daarom vandaag maar eens aan de slag. Eerst een recept opgezocht en al snel bleek, dat in negen van de tien gist moest worden verwerkt. Alleen laat ik dat nou net niet meer in huis hebben. Daarom op zoek gegaan naar een recept, waarbij je geen gist hoefde te gebruiken. Die kwamen mondjesmaat voor, maar uiteindelijk vond ik wel eentje, die me goed leek. Tenminste: het plaatje van het brood bij het recept zag er goed uit…
Het deeg was eenvoudig te maken, omdat je eigenlijk alle droge ingrediënten in een keer in een mengkom kon doen: roggebloem, zout, bicarbonaat (een witte kristallijne stof, die ook wordt gebruikt in bakpoeder als rijsmiddel in plaats van gist, die ik wél in de kast had staan!) en bakpoeder. Dat door elkaar gehusseld, waarna water kon worden toegevoegd en moest worden vermengd met het eerdergenoemde. Op dat moment werd het een plakkerige en taaie massa. Maar goed, het was allemaal volledig volgens het recept gedaan. Meteen daarna kon het in een bakvorm worden gelegd, maar mooi gladstrijken was er niet bij. “Zal wel glad worden, wanneer het wordt gebakken” dacht ik nog. Helaas was dat niet het geval, want nadat de baktijd was verstreken en ik me ervan had overtuigd dat het broodje gaar was, was het model precies zo, als toen ik het erin gedaan had. De smaak van het broodje was heerlijk, alleen was het niet “los”. Wat kan ik er de volgende keer aan doen om dat wel te krijgen?
Terwijl Heiko gisteren nog even in de tuin bezig was en ik achter de laptop zat, kreeg ik via WhatsApp een berichtje van hem. De moderne manier van communiceren, ook al ben je hemelsbreed nog geen vijftig meter van elkaar verwijderd… Hij stuurde mij een foto van onze vijver, waarin een paar kikkers te zien waren. Dát moest ik met eigen ogen zien en daarom ging ik meteen, met de camera, naar hem toe. Er lagen zeker vijf bruine kikkers langs de rand van de vijver. Grote jongens hoor! Het waren bruine kikkers, die leven voornamelijk op het land, meestal niet ver van oppervlaktewater. Ze hebben een peervormig lichaam en een relatief gladde huid. Twee dunne huidplooien aan weerszijden van de rug, goed ontwikkelde achterpoten om te springen met grote zwemvliezen om te zwemmen en grote en goed zichtbare trommelvliezen. Als de paartijd in aantocht is verzamelen de kikkers zich bij de voortplantingswateren. Onze vijver in dit geval. Net als andere kikkers is de bruine kikker zeer honkvast en zoekt ieder jaar hetzelfde water op. De mannetjes blijven in groepen en kijken richting de zon, zodat hun witte kelen goed te zien zijn. Ook beginnen ze zacht te kwaken, wat de vrouwelijke kikkers aantrekt. Ze produceren een zacht knorrend gekwaak, wat doet denken aan het spinnen van een kat. De vrouwtjes zitten in de begroeide delen aan de oever. Als deze naar de mannetjes toe gaan worden ze omklemd door een van de mannetjes, de twee kikkers blijven vrij lang in deze positie. Tijdens de paartijd hebben de mannetjes daartoe paarborstels, eeltachtige knobbels op hun duimen, waarmee ze de vrouwtjes steviger kunnen vasthouden.
Pas als het vrouwtje de eieren afzet, wat het mannetje merkt door haar gekromde rug, bevrucht hij de eieren met zijn sperma en laat haar korte tijd later los. ’s Nachts worden de meeste ei-klompen afgezet in ondiep water, op een diepte van 5 tot 30 cm en meestal tussen de waterplanten. Vaak zet een vrouwtje één klomp af, zelden twee, die bestaat uit 700 tot 4500 eieren! Het gebeurt regelmatig, dat in het voortplantingswater, vele eierklompen door verschillende vrouwtjes bij elkaar afgezet. Hierdoor worden temperatuurschommelingen geabsorbeerd en is de kans op predatie kleiner. Een nadeel is een hogere sterfte onder de jongere larven, ten opzichte van de oudere larven, door predatie en door zuurstoftekort of hypoxie. De eieren hebben een doorsnede van 1,7 tot 2,8 millimeter, exclusief het beschermende geleiachtige omhulsel van 8 tot 10 mm. Na ongeveer 1 à 2 weken komen de eieren uit. Bij koude weersomstandigheden kan het tot een maand duren. De kikkervisjes worden ongeveer 4,5 centimeter lang. In uitzonderlijke gevallen overwinteren de larven, waardoor ontwikkeling aanzienlijk langer duurt. Deze larven worden de reusvorm genoemd, ze kunnen 7 cm lang worden. De kikkervisjes leven voornamelijk van plantaardig materiaal als algen. Ze schrapen dat van een substraat met de achter elkaar geplaatste raspjes op het mondveld, dat als zuignap fungeert. We houden de vijver vanaf nu regelmatig in de gaten. Kijken of er inderdaad kikkerdril ligt!
Ja hoor: Heiko had vanochtend weer eens een enorm geluk. Hij reed rond half zeven naar Tranås en zag vanuit zijn ooghoeken iets bewegen. Op een stuk land, waar geen bomen meer staan. Die zijn een maand geleden ongeveer gekapt. En wat zag hij bewegen? Niet één maar twee elanden! Oh… Heiko stopte uiteraard om deze dieren op de foto te zetten. Ze bleven voor hem staan poseren. Alsof ze wisten, dat hij ze niets zou doen. Wat zijn het toch mooie beesten. Nou, mooi is misschien niet de juiste omschrijving, want “knap” zijn ze niet. Wellicht omdat we ze zeldzaam te zien krijgen? Heiko had ook een filmpje gemaakt, maar jammer genoeg is die niet heel duidelijk geworden. Deze foto is genomen vanaf de video en dat wilde dan weer wel. Die Heiko: mazzelbips!
Die niet zoveel mazzel had vandaag, was ons trollenhuisje. Op de dakpannen is in de loop der jaren een behoorlijk dikke laag mos gegroeid. Leuk, want dat blijft ook tijdens de herfst en winter mooi groen. Weghalen doen we het dus beslist niet. Hmmm… maar daar dacht “iemand” anders over: de wind! Alsof het een stukje papier was, had die een hele stuk van de dakbedekking opgelicht en omgevouwen. Nou ja zeg! Dat is toch zonde! Maar niet getreurd. Heiko ging het vanavond repareren, door het heel eenvoudig weer terug te leggen. Oh kee, hij moest wel even een trapje meenemen, maar de daadwerkelijke reparatie was in een mum van tijd geregeld. Of hij nog iets gedaan heeft om het een volgende keer te voorkomen weet ik eigenlijk niet. Hopelijk blijft het bij de volgende windvlaag nu liggen en mogen we nog een poosje langer genieten van het mooie groene mos!
Sorry, ik kan het niet laten: beelden laten zien van prachtige luchten. Hier woont iemand op ditzelfde adres, die me vaak genoeg zegt, dat ik daar mee moet ophouden. Dat het misschien “vervelend” gaat worden. Maar het is zo fascinerend om te zien! Nooit is de lucht één moment hetzelfde. Ook al kijk je maar een klein poosje, dan zie je de verschillen al. Of er komt een wolkje voorbij of de kleuren van de woken veranderen of de lucht zelf veranderd van kleur. Natuurlijk wordt het moeilijk om verschillen te ontdekken wanneer de hemel strakblauw is. Dan kun je uren turen en steeds hetzelfde zien. Vanavond was het weer zo´n moment, dat tijdens de zonsondergang weer een schitterend schouwspel te bewonderen was. Er waren (gelukkig) wolken, waardoor die door de zon vele kleuren kregen. Het blijft mij boeien…