Deze koude en kille zondagochtend kende een warm einde: we kregen tot onze grote verrassing een prachtige vos te zien! En niet in het bos, maar “gewoon” bijna bij ons in de tuin. Hij liep namelijk op het land van buurman Conny, aan de noordkant van ons huis. Wat weten we over de vos? “De vossenvacht is over het algemeen roodbruin, maar kan ook beige tot helderrood zijn. Zelfs zilverkleurig tot zwart (vooral in de bergen). De oren zijn aan de achterzijde zwart, evenals de “sokken”, de onderbenen. Sommige dieren hebben een witte staartpunt. Veel vossen hebben in ieder geval enkele witte haren rond het puntje van de staart. De bovenlip is wit, evenals de bef. Op de wangen zit bij veel vossen een zwarte of bruine “traandruppel”. Sommige dieren hebben een staalgrijze keel en buik, met een witte ster op de borst. In de paartijd heeft het vrouwtje, de moervos, een roze glans over de vacht aan de onderzijde. De vos heeft een slanke snuit en puntige rechtopstaande oren. De staart is lang, dik en ruig. Hij heeft een schouderhoogte van 35 tot 40 centimeter en staat hoog op de poten. Hij heeft een kop-romplengte van 50 tot 80 centimeter met een staart van 32 tot 48 centimeter. Hij weegt zes tot tien, soms vijftien kilogram”.
“Mannetjes zijn over het algemeen groter dan vrouwtjes. Vossen jagen solitair, meestal ’s nachts en in de schemering, maar in onverstoorde gebieden jaagt hij liever overdag”. Zoals bij ons vanochtend, maar of het jagen was? “De vos is een opportunist: hij eet bijna alles. Hij kan hard rennen, tot zestig kilometer per uur, alhoewel zes tot dertien kilometer per uur de normale snelheid is. Zijn prooien zijn meestal kleine en middelgrote prooidieren, zoals grote kevers, muizen en andere knaagdieren, konijnen, hazen, vogels en eieren, regenwormen en egels. Ook vruchten en bessen (vooral bramen) worden gegeten. De vos is daarmee een omnivoor. De vos negeert kikkers en padden en vindt mollen en spitsmuizen niet lekker. Dagelijks moet een vos ongeveer vijfhonderd gram aan voedsel binnenkrijgen. Een vos doodt soms meer dan hij nodig heeft. Vooral op plaatsen waar meerdere prooidieren op elkaar zitten en niet kunnen ontsnappen, kan hij een ware slachtpartij aanrichten, bijvoorbeeld in kippenhokken. Voedselresten worden begraven en later weer opgezocht, echter legt de vos geen voedselvoorraden aan. Een vos is meestal zeer succesvol in het terugvinden van begraven voedsel. Is het, ondanks dat het een echte jager is, geen prachtig dier?
En onze “jagers”? De beide vierpotertjes, die bijna elke dag wel met hun prooi binnenkomen om dat vol trots aan ons te laten zien? De beide “killers van Ödarp”? Waar waren die toen de vos zich wel heel dicht bij ons huis liet zien? Nou, dat zal ik je vertellen. Het was een beetje fris vanochtend. Het had de afgelopen nacht nog gevroren. En dan moet je beslist niet vreemd opkijken, wanneer Jikke en Ebba binnen een half uurtje alweer binnen zijn. Lekker bij de warme kachel, lekker op de krabpaal of op de zachte stoel. Nee, die laten zich dan niet verkleumen hoor. Stel je voor! Min twee en dan zij buiten? Nee, daar zijn de verwende dametjes niet voor in de wieg gelegd… Eigenlijk een geluk bij een ongeluk, want wat was er gebeurd wanneer een van de twee katjes zo nieuwsgierig of brutaal was geweest om even nader kennis te maken met de vos? Nee, dan maar zo!
Joke voelde zich vandaag weer ietsjes minder goed en ging daarom na het broodje van tussen de middag even op de bank liggen rusten. Op dat moment ben ik in de auto gestapt om voor de laatste keer naar Linderås te gaan. Dat had ik me overigens gisteren al voorgenomen, maar toen was de zin ineens heel ver zoek. Vandaag niet en daarom had ik vanochtend de aanhanger al achter de Volvo gekoppeld. Het laatste haardhout werd vanmiddag opgehaald. Een half uurtje rijden om er te komen en te zien, dat de grond dit keer behoorlijk droger was dan de vorige keer. Ik kon daarmee met de aanhanger iets dichter bij de stapel komen. Een half uurtje werd geladen en daarna was het weer een half uurtje rijden om thuis te komen. Daar heb ik de aanhanger met hout achter het huis neergezet. Het was mooi zonnig en droog weer en er stond een beetje wind. Drie ingrediënten voor het drogen van het haardhout. Alles was door het weer van de laatste dagen weer behoorlijk nat geworden. Daarna heb ik nog een paar takken van de appelboom gezaagd en geknipt. Er zaten een paar hele lange uitlopers aan en dat zou de groei van appels de komende periode zeker geen goed doen. Al met al was het een relaxt middagje!
Dat werd ´s avonds, na het warm eten, heel anders. Nee, dan bedoel ik niet het gesprek met mijn ouders. Dat was heel gezellig. Alhoewel die vertelden, dat de beide dochters ziek waren. De oudste was ziek geweest en nu was de jongste aan de beurt. Beterschap, meiden! Nee, ik bedoel eigenlijk, dat Joke en ik hadden besloten om het spel Rummikub weer eens uit de spelletjeskast te halen. Geen tv, geen mobieltjes, maar even gezellig ouderwets aan de keukentafel een spelletje spelen. Leuk, totdat ik het eerste spelletje verloor. Met nog slechts 2 punten op mijn bordje. Het tweede spelletje won ik, terwijl Joke nog een stuk of 20 punten had. We hebben in totaal 4 spelletjes gespeeld. Wie er heeft gewonnen? Dat weet ik eigenlijk niet meer… Ik kan me alleen herinneren, dat het een hele leuke afwisseling was. Zeker voor herhaling vatbaar!